In memoriam: mijn moeder

Op 8 december 2022 overleed mijn moeder. Sindsdien ben ik wees. Ik sprak haar toe op 15 december, de dag dat ze werd bijgezet bij mijn vader die in 2008 overleed.

Lieve mam,

Daar lig je dan, eindelijk rust. Of dit is wat je wilde, na zoveel jaar vechten tegen een onmenselijke ziekte die van jouw geheugen een zeef maakte, dat zullen we nooit weten. Wel weet ik dat je er zo mooi en zacht bij lag, die donderdagochtend vorige week. Een vage glimlach leek te zeggen: het is me meegevallen, ik heb kunnen loslaten.

Vijftien jaar heb je zonder pa, je steun en toeverlaat, je grote liefde, geleefd. Wat had je een enorme steun aan Elly’s moeder, elke dag met elkaar eten, de ene week bij jou, de andere week bij haar. En je zus Riet met wie je bijna dagelijks belde en wat een lol hadden jullie dan. Zo vaak heb ik ook in Katwijk van jullie gekkigheid kunnen genieten als je bij zus Riet logeerde. Wat een ontzettend groot gemis toen zij in 2017 overleed. Ik begrijp nauwelijks hoe je die klap überhaupt hebt overleefd. En misschien deed je dat ook niet, want je lijf was er nog wel, maar je hoofd verloor de zin van het leven.

Je werd geboren in 1933, vijfde kind in een gezin van 6 kinderen, je zusje Riet kwam twee jaar later. Aan de foto’s in je albums te zien, was je vaak samen met je broertje Nico en je zusje. Wat een groot verdriet toen hij op zijn elfde overleed aan een ziekte die je nu met gemak bestrijden kan. Voor jouw moeder, mijn oma, een onbeschrijflijk leed, een gapend gat. En dat dan ook nog in een oorlog waar jij jouw angst voor vliegen en onweer aan overhield.

Jouw ouders hadden het niet breed. En toch was er alle ruimte voor de kinderen om hun talenten na te jagen en op allerlei clubs te zitten. Je zat op volksdansen en speelde mandoline, je vader was voorzitter van de speeltuinvereniging, je had lol met je vriendinnen en je paste op bij de familie van den Driessche, iets verderop in Charlois. En zo was je indirect dicht bij Jan, met wie je verkering kreeg en met wie je in 1956 trouwde. Je was een stralende bruid. Je trouwde in een enorme familie, met de zes broers en vier zussen van pa en hun eigen families. Ook daarna bleef je naar clubs gaan, zoals het Rotterdamse operettegezelschap met jaarlijkse opvoeringen in de Schouwburg.

Door de woningnood in 1956 woonden jullie in bij opa en oma op de Quintstraat. Ik werd er geboren en ongeveer 2 jaar daarna verhuisden we naar Ridderkerk. Jullie maakten vrienden in de portiek, maar ook met andere gezinnen in de straat. Velen van hen zijn vrienden voor het leven gebleven. We vierden er verjaardagen en kerst, je zwaaide als we naar school liepen. Dat ik voor het zingen van psalmen en gezangen een 10 had op school, was niet zo gek met een zingende moeder. En we hielden allebei erg van opera, zoals La Traviata.

Je zorgde niet alleen voor ons, je drie kinderen en pa, maar ook voor je ouders. Elke woensdag en soms ook zaterdag, was je in de Quintstraat te vinden en ging ik na schooltijd, alleen en later samen met Jan, met de bus naar Rotterdam. Vanaf de Pleinweg waar je ons opwachtte, liepen we naar opa en oma. Pa kwam ons dan halen met de GMC en ik viel in slaap terwijl de lampen van kleur verschoten.

In mijn puberteit nam ik steeds meer afstand en woonde vanaf mijn twintigste op kamers. Bij elke verhuizing kwam je helpen, sjouwen en schilderen, samen met Pa. De laatste verhuizing ging naar het huis waar ik nog steeds woon. Daarin zijn jullie sporen nog aanwezig. Als ik de trap neem, kijk ik doorgaans goed uit, omdat ik me die keer herinner dat je viel en we naar de Eerste Hulp moesten.

Jaren later kwam ik met het bericht dat ik eindelijk ook moeder werd, je oudste met het jongste kleinkind: op de rand van een nieuwe eeuw. Toen pas begreep ik echt welke zorgen je om mij moet hebben gehad en wat het voor oma betekende een kind te verliezen. Sinds donderdag ben ik wees en weet ik wat het is om je moeder te verliezen: naast de emoties en het besef dat ik je nu niets meer kan vragen, is er ook de vreemde gewaarwording dat er een schakel uit is tussen mij en de dood.

Mam, nu ben je opgenomen in de eeuwigheid, rust zacht.

Geplaatst in Persoonlijk | Tags: , , , | 2 reacties

Mysterieuze Maria Magdalena

Nog net voordat er een nieuwe golf en een nieuwe lockdown werd afgekondigd, bezocht ik de tentoonstelling over Maria Magdalena, een vrouw die al eeuwen tot de verbeelding spreekt. Dit is goed te zien in het Catharijneconvent in Utrecht. En hoewel de tentoonstelling tot 9 januari 2022 zou lopen, is het door de huidige lockdown niet meer mogelijk. Digitaal is het nog wel mogelijk via deze link. Doe dat vooral want het is een geweldige tentoonstelling; wat je ziet zijn niet alleen prachtige werken, ook stemt het tot nadenken over de rol van de vrouw in (religieuze) verhalen.

Aan de zalfpot herkennen we Maria Magdalena
Boetvaardige Maria Magdalena, Gaspar de Crayer (zie verder de tentoonstelling)
Maria Magdalena met de zalfpot (de Mirredrager), Francesco Bianchi Buonavita, eerste helft 17e eeuw

Alle audiofragmenten zijn hier te beluisteren.

Geplaatst in Kunst | Tags: , | Een reactie plaatsen

Op naar een beter jaar, met veel slingers

Je moet zelf de slingers ophangen. Zo’n uitspraak is vooral dit jaar van toepassing. Elke dag doen of je gewoon naar je werk gaat: op de fiets naar de trein, half uurtje krant lezen en dan een minuut of 20 lopen naar mijn werkplek. Zeker 300 à 400 kilocalorieën verbrand ik dan, volgens Pim van Assendelft, een van de deskundigen die sprak over de gezondheidswinst die je vooral buiten het ziekenhuis boekt (Michiel van der Geest, 23/12/20, de Volkskrant). Je gewoon aankleden, vooral in die eerste maanden deed ik daar mijn best voor, zette soms krullen in mijn haar (die slingers) en zat glimlachend achter mijn laptop tijdens Teams bijeenkomsten. Overleven. En ja, elke dag natuurlijk 300 à 400 kilocalorieën extra, de zogenaamde corona-kilo’s.

Dus heb ik in april het ‘Ommetje’ van de Hersenstichting gedownload en bleek gevoelig voor de beloningen die je ontving als je elke dag liep, als je vóór negen uur liep (vroege vogel) en nog meer van dat soort ‘medailles’. Na 141 dagen achter elkaar gelopen te hebben, kreeg ik last van mijn achillespezen en ben ermee gestopt. Weg slingers.

Als er dan weer even een versoepeling was, ging ik met vrienden naar de bioscoop: allemaal een eigen rij, lekker rustig, niet zo fijn voor de bioscoop, maar we gingen! En in mijn eentje zo vaak als kon naar een museum, in augustus nog net op tijd de tentoonstelling Caravaggio en Bernini (Rijksmuseum) kunnen zien en later vooral in Leiden.

Bernini, de heilige Sebastiaan

Gelukkig heeft Leiden nogal wat musea, op loopafstand van elkaar. En regelmatig nieuwe tentoonstellingen. Helaas is dat nu even helemaal niet meer aan de orde, zeker tot 19 januari. Enfin, het is oudejaarsdag, heb krullen in  mijn haar, ik vier het klein en met een fles bubbels zal ik proosten op een nieuw jaar met hopelijk veel slingers.

Claudy Jongstra in de Lakenhal
Tags: , , | Een reactie plaatsen

Instinct van Halina Reijn zindert door

Instinct verwijst naar gevoel, een pluis- of niet-pluisgevoel, een onderbuikgevoel, een weten zonder onderbouwing. De film waarin twee hoofdpersonages centraal staan: psychotherapeut Nicoline (Carice van Houten) en de crimineel Idris (Marwan Kenzari) drijft op dit gevoel. Enerzijds om te voorkomen dat Idris op onbegeleid verlof mag en anderzijds op het falen ervan, met alle gevolgen van dien.

Halina Reijn is de regisseur en ik gun haar meer films, misschien uitgewerkter en minder fragmentarisch. Of misschien ook niet. De film is niet alleen de film, maar is veel meer de aanzet om erop te reflecteren. Wat gebeurt er, wat gebeurt er met mij als toeschouwer, wat gebeurt er met mijn gevoel tijdens het kijken naar de film, maar ook na afloop ervan. Ongeloofwaardig is de eerste term die in me opkomt als ik naar buiten loop. Boos word ik ervan, dit kan toch niet, zeg, wat een onzin, zo gaat dat toch niet? En dan gebeurt er iets wat me vooral overkomt nadat ik een theater uitloop na een voorstelling: de film gaat door. Hij gaat een eigen leven leiden. Hij blijft rondzingen, ik heb er zelfs fragmenten uit voorbij zien komen in een verwarrende ochtenddroom. Wat is het, psychologische oorlogvoering? Intimidatie zet je hersens uit, maakt je gek? Is het terugval in patronen? Wat is eigenlijk verliefdheid en aantrekkingskracht? Omdat er weinig doorgaande dialoog is, veel fragmentarisch (net als de verkniptheid van beide hoofdpersonages), lachwekkende teksten die ook meteen net zo verwarrend zijn. Wat moet je doen met de blikken van deze Nicoline die geen beheersing lijkt te hebben over wat haar overkomt, komt het voort uit de relatie met haar moeder? Er zitten scènes in de film die ik niet begrijp, vooral ook omdat ze naar mijn gevoel niets toevoegen, geknipt kunnen worden. Aan de andere kant, misschien zit er wel een verborgen betekenis achter. Zoals dat de relatie met dieren ook iets over de mens erachter zegt.

Een ander aspect dat ik onderzoek in deze film is de  vrouwelijke blik, want die zou er zijn, hoor ik in het interview met Halina en Carice over het productiebedrijf ‘Man up’ dat ze samen hebben opgezet. Wat is die blik? Ik herken in de film iets uit het interview met Rachel Cusk in Volkskrant Magazine (over ‘Coventry’, haar laatste non-fictie boek): ‘Je kunt niet weten wat iemand anders denkt en voelt. Het ontbreekt ons daarvoor aan instrumenten.’ (Volkskrant Magazine, 12/10/19, p. 15). De spijker op zijn kop en eveneens uit de mond van een vrouw die zoekt naar de vrouwelijke blik. Dus we moeten het doen met de uit het raam starende Nicoline en we kunnen ons alleen maar afvragen wat haar beweegt, we kunnen het niet weten. Ga de film zien en oordeel pas een of twee dagen nadat je de film hebt gezien. Hij werkt.

Instinct, gezien op 11 oktober 2019 in Kijkhuis, Leiden
Regie: Halina Reijn
Cast: Carice van Houten, Marwan Kenzari en vele anderen, onder meer Betty Schuurman, Ariane Schluter en Maria Kraakman.
Productie: onder meer Halina Reijn en Carice van Houten
Overige informatie vind je hier.

Geplaatst in Film | Tags: , , , | 2 reacties

Van Aken levert stukjes van een ingewikkelde puzzel

Er is een nieuwe roman van Jan van Aken, de Ommegang. Die is al zeer positief besproken (onder meer door Bert Wagendorp) en ik raad je aan ook ander werk van Jan van Aken te lezen, bijvoorbeeld ‘de Afvallige’, waarover ik je onderstaande mijmeringen niet wil onthouden. Ik lees binnenkort zijn nieuwste, waarover later meer.

Grote plannen voor een reis in de vakantie die vijf weken zou duren, had ik niet gemaakt. Ik vermoedde dat de zomer warm genoeg zou zijn om thuis door te brengen en dat vermoeden werd bevestigd. Naast een korte stedentrip naar Berlijn heb ik vooral in het Leidse vertoefd. Met de nieuwe Steinz om me bij te staan in mijn literatuurkeuzes. Enkele maanden voor de vakantie was ik door dit lijvige werk al in de Donkere Kamer van Damokles gedoken, het boek dat nog ergens ongelezen lag en dat ik ooit bemachtigde vanwege ‘Nederland leest’ . Dat boek had mij natuurlijk moeten inspireren tot het herlezen van ‘Ticket to ride’ van Dennis Potter, omdat ook hij een loopje met de werkelijkheid neemt, maar ik kwam bij Garcia Marquez uit, bij het prachtige hermetische en geniale Honderd Jaar Eenzaamheid, dat ene boek dat ik al zo lang op mijn wensenlijstje had staan. Daarna zou ik schrijvers gaan lezen die Marquez hadden beïnvloed en die door hem beïnvloed waren, maar dat liep anders.

Ik liet me al bladerend leiden door de Steinz alsof ik met een blinddoek voor een willekeurige plaats aanwees op een landkaart. Mijn blik viel op Jan van Aken, een voor mij tot dan toe onbekende Nederlandse auteur. Maar hij bleek te voldoen aan een van de eisen om in de Steinz te komen: hij bleek minimaal drie goed ontvangen romans (of verhalenbundels) te hebben gepubliceerd voor 2014 (een criterium dat ik begrijp en desondanks heb ik mij wild gezocht naar Yasunari Kawabata die de Nobelprijs voor de literatuur in 1968 ontving voor onder meer zijn prachtige roman ‘de schone slaapsters’). Bij de bibliotheek konden ze me niet helpen aan ‘de valse dageraad’, een van de titels die de Steinz aanprees. Het werd ‘de Afvallige’ (2013) en daar heb ik geen spijt van. De historische roman speelt zich af in de vierde eeuw na Christus en handelt over keizers, oorlogen tussen en met volkeren als de Perzen, de Hunnen, de Goten en de Galliërs. Het is het begin van de grote Volksverhuizing en ik vind de manier waarop Van Aken de verplaatsingen beschrijft indrukwekkend. Steinz noemt Van Aken de Nederlandse Eco, vermoedelijk vanwege diens voorliefde om zijn verhalen in de Klassieke Oudheid te plaatsen.

Jan van Aken De Afvallige (2013), gelezen in de zomer van 2015.

De Afvallige vraagt een grote concentratie, omdat er wordt gespeeld met tijd en verschillende invalshoeken en hoofdpersonages. Tijdens het lezen had ik soms het idee dat ik een puzzel aan het leggen was zonder dat ik wist hoe het plaatje eruit zag. En hoe verder ik las hoe zichtbaarder dat beeld werd, totdat uiteindelijk de laatste stukjes het beeld compleet maakten en ik aan het eind het overzicht met genoegen op me in liet werken. Die werkwijze deed me ook denken aan Honderd jaar Eenzaamheid en de romans van Jeroen Brouwers.

Uiterst korte samenvatting van de verhaallijnen in de Afvallige: naast de lijnen van Swintharik, de pilaarheilige, de jonge vrouw Alêtis die bij de nonnen opgroeide, Dido die als jong kind werd gered van een leven op straat en de soldaat Eleutherius draait het uiteindelijk om de oplossing van het raadsel wie de afvallige keizer Julianus heeft vermoord. Het boek leest daardoor als een thriller, maar lees het niet te snel, de taal is prachtig en verdient het om geproefd te worden. Dat het begint met tienduizenden Goten die asiel aanvragen in het Romeinse Rijk maakt duidelijk dat ook toen mensen op de vlucht waren voor de verschrikkingen van de oorlog.

Geplaatst in Literatuur | Tags: , , | 1 reactie

Verkeerd bezorgde lunchbox verandert levens

Serendipiteit, een van de mooiste dingen die je kunnen overkomen: als je iets vindt wat je niet zocht. Na het zien van de film die ik onlangs besprak, zocht ik naar nieuwe boeken en / of films en stuitte op de tips van VPRO cinema. Halverwege bleven mijn ogen steken op een – tot voor kort voor mij volstrekt onbekende – naam: Ritesh Batra. De regisseur – is dat geen toeval – van The Sense of an Ending. De tip betrof ‘The Lunchbox’, zijn debuut. Net nieuw op Netflix.

Wat mij betreft is het motto van deze film een zinnetje dat de man te horen krijgt aan wie een lunchbox wordt bezorgd die niet voor hem bestemd is: ‘soms brengt de verkeerde trein je bij het juiste station’. Het efficiënte werk van de voedselbezorgers (dabbawala’s) kan niet mis gaan en toch gaat het een keertje mis. Met grote verbazing keek ik naar de vrouw die een aantal bakjes vult met vers gekookt eten, ze opstapelt en in een houder plaatst, vervolgens meegeeft aan een dabbawala die het aan zijn fiets hangt, vervolgens in een rek plaatst dat in de trein wordt meegevoerd en uiteindelijk terecht komt op de plaats van bestemming, terwijl er vele schakels tussen zitten. Er komt geen pen en papier aan te pas, de bezorgers zijn veelal analfabeet en er zijn slechts wat tekens als hulpmiddel om te checken of het wel goed gaat met de diverse lunchboxen. En ze worden ook weer op het juiste adres – leeg – teruggebracht. Het is een ingenieus netwerk.

Het is vrijwel onmogelijk dat het mis gaat (slechts bij ongeveer 1 op een miljoen bezorgingen) en toch is het misgaan van de bezorging het gegeven van de film.

In twee levens brengt de verkeerd bezorgde lunchbox met kleine stapjes een ommekeer teweeg. Door de – botte – reactie van haar man begrijpt Ila dat er iets is misgegaan met de bezorging. Ze stuurt een briefje mee in een van de bakjes. Sajaan, weduwnaar en ontvanger van de bakjes, schrijft aanvankelijk een vrij zuur briefje terug over de hoeveelheid zout in een van de gerechtjes. De correspondentie die op gang komt, wordt steeds persoonlijker en heeft een opmerkelijk effect op de nukkigheid van Sajaan en de besluitvorming van Ila. Een van de mooiste scènes, een sleutelscène vind ik, ook al zit de hele film vol met prachtige alledaagse gebeurtenissen die betekenisvol worden, is het moment waarop Sajaan zichzelf ziet op een schilderij. Er zit een schilder die elke dag weergeeft wat hij ziet, op dezelfde plek, met steeds weer andere mensen en dingen. In eerste instantie zie je steeds hetzelfde schilderij, totdat je beter gaat kijken. Dat is wat in de film ook gebeurt. Het lijkt of elke dag hetzelfde is, van het koken van het eten, de bezorging door de dabbawala’s en het eten van de lunch, en toch zie je langzaam mensen veranderen van vastgeroest, nukkig of afhankelijk tot zelfbewuste gelukzoekers.

The Lunchbox
– Gezien op Netflix

In 2013 in Leiden op het LIFF vertoond.

Geplaatst in Film | Tags: , , | Een reactie plaatsen

Herschreven geschiedenis in The Sense of an Ending

Een half uur voor de film begon las ik de laatste regel van het boek, een regel die verwees naar een scène met een van de hoofdfiguren, Adrian Finn, een regel over geschiedenis en wat je erover zeggen kunt.

Het is een sleutelregel in het boek, denk ik, omdat het gaat over wat we ons herinneren van onze jongere jaren, hoe we een geschiedenis herscheppen met verdichting, verdoezeling en verdringing van minder prettige herinneringen aan wie we waren.

Het boek bestaat uit twee delen. Deel een gaat over toen, deel twee over nu. En in deel twee wordt de geschiedenis herschreven.

De verhaallijn in deel een gaat over vier vrienden en een meisje, Veronica, dat eerst met de hoofdpersoon uit het boek, Tony (Anthony) Webster uitgaat, verkering heeft en naderhand met Adrian Finn, de student die later bij het groepje van Tony aansloot.

De verhaallijn in deel twee gaat over Tony en zijn worsteling met zijn herinneringen. Hij is getrouwd, krijgt met zijn vrouw Margaret een dochter, Susie, is gescheiden en ziet zijn ex-vrouw nog regelmatig, leeft zijn leven en gaat met pensioen. Een boodschap uit het verleden schopt zijn alledaagse leventje omver.

De film begint met het nu waarin het verleden briljant versneden wordt met het heden. Uitdrukkelijk staat er aan het begin van de film dat het verhaal gebaseerd is op The Sense of an Ending van Julian Barnes. De scenarioschrijver heeft niet alleen het verhaal uit het boek overeind gehouden, hij heeft nagedacht over de consequenties van wat er is gebeurd: geschiedenis is meer dan de leugen van de overwinnaars of het zelfbedrog van de overwonnenen (zie deel een in het boek). De schrijver van het scenario bedacht methoden om gebeurtenissen aannemelijk te maken voor iemand die het boek niet gelezen heeft of die het wel gelezen heeft en aangenaam verrast wordt door de verdichting (verscheidene scènes uit het boek worden verbeeld in één enkele scène). Maar ook versneed hij elementen die horen bij het dagelijks leven en die horen bij hoe wij nu in de eenentwintigste eeuw met informatie omgaan en met een wereld die significant verschilt van hoe we zelf opgroeiden. Tony Webster is grappiger en nukkiger dan ik hem in het boek las, er zitten grapjes in het scenario zoals een groepje jongeren met een beperking dat hun favoriete tv-series bespreekt, de acteurs zijn geweldig gecast, de flashbacks zijn passend in het scenario, herhalingen passen bij het verhaal van de film en geven daarmee de film een autonomie ten opzichte van het boek.

Ik houd van hoe de acteurs het spel spelen, ik kan uren kijken naar het werk dat verzet wordt in de stilte, waar ongemakkelijkheid voelbaar is, in blikken zichtbaar is dat een boodschap als een mokerslag aankomt of juist totaal niet begrepen wordt. Hoe Charlotte Rampling in staat is met een oogopslag afstand te creëren en met een glimlach kan zeggen: je snapt er echt helemaal niks van. Vanaf het moment dat ik wist dat het boek verfilmd was, wilde ik het lezen en tegen het einde van het boek zag ik in de dialogen en beschrijvingen de personages voor me en kon me werkelijk geen andere acteurs voorstellen.

De essentie van het boek heeft voor mij raakvlakken met hoe ik nadenk over herinneringen en over schade die je kunt aanrichten in je jeugdige onschuld. Het boek heeft naast dat het eindigt met een sleutelregel vooral tot gevolg dat je het dichtslaat en denkt: wauw, wat knap gecomponeerd. En laat je in vertwijfeling achter. De film biedt hoop, hoop op het vermogen om ook als je ouder wordt, te leren van het verleden en niet te denken dat de tijd je verslagen heeft. En wachten heeft geen zin, actie is nu geboden.

Gezien: 9 juli 16.00 u Kijkhuis Leiden
The Sense of an Ending
Auteurs: Julian Barnes en Nick Payne (film)
Regie: Ritesh Batra

Geplaatst in Film | Tags: , , , | 1 reactie

Helga Maria Baumgarten in de spotlights

Esther_Helga

Foto uit de flyer van het RO theater

Helga heet ze, een personage dat uit de anonimiteit wordt getild. Esther Scheldwacht is daar de aanstichtster van. Zij is een van die actrices die barst van de kwaliteiten, van de talenten, van de mogelijkheden en desondanks bij het grote publiek onbekend is. Het is mij een raadsel dat iemand die zo goed is in haar vak en zo bevlogen met theater bezig is, aan de ogen van de massa ontsnapt. Volle zalen zou ze moeten trekken. Haar verhalen zijn van een schoonheid die ik iedereen gun. Het begon al toen ik Esther voor het eerst zag spelen: Honey was ze, in Who’s afraid of Virginia Woolf, uitgevoerd door het RO-theater. Ontwapenend was ze, met een geheim dat ik op dat moment, als een van de weinige mensen, kende. Steeds als ik haar in de jaren daarna zag spelen, maakte ze iets bijzonders van de vaak ondersteunende rollen en ik zag haar vakmanschap. Verbaasd was ik dat niet iedereen dat zag.

Gelukkig schreef Loek Zonneveld in de Groene Amsterdammer lovend over de ‘Sunshine Show’ door Esther geschreven, gespeeld en geregisseerd. Ook in de Volkskrant kreeg haar stuk vijf sterren. Sunshine Show is het verhaal van een ladyboy, een figuur uit Hollandse Spoor van het Nationale Toneel, dat in de verbeelding van Esther een eigen leven ging leiden. Nadat ze het stuk  – ook in reprise – heeft kunnen spelen in een flink aantal theaters, schreef ze ‘Op een mooie Pinksterdag’, een verhaal over rouw, gebaseerd op ‘Ontpopt’ van Caspar Janssen. Ze regisseerde daarvoor haar man Stefan de Walle. Twee keer zag ik het en ook dat stuk was een juweeltje. Esther is wars van de aandacht die bekende Nederlanders krijgen en ik voel daar in mee: alsof wij, gewone mensen met gewone levens en die ook gewoon over straat kunnen lopen zonder aangeklampt te worden voor een handtekening, er niet toe zouden doen. Alsof wij geen grote verhalen zouden hebben.

Helga Maria Baumgarten is ontstaan uit een achtergrondfiguur, een bijfiguur uit de voorstelling Bossen van het ROtheater (regie Alize Zandwijk), een van de drie stukken van schrijver Wajdi Mouawad (Branden). Esther speelde de rol van de verpleegster. Maar ze wilde meer, ze zag meer en het verhaal ontvouwde zich tot wat ze nu op het podium brengt. Een gewone vrouw met een gewoon leven, een leven zoals velen leiden, niet onbetekenend, maar ver weg van glamour en spotlights. In dit verhaal komen fictie en feit bij elkaar, stoeien personage en actrice met elkaar, raken toeschouwers in de ban van verloren en nooit vertelde verhalen, van verbinding tussen toen en nu, van het spelen van een rol, maar ook van verwarring over wat echt is en wat niet echt is, van wat theater is en hoe belangrijk dat mensen zich voorstellingen kunnen maken. Niets is echt en toch ook weer alles.

De voorstelling Helga Maria Baumgarten is nog te zien op 28 en 29 april in Theater aan het Spui. Ik gun iedereen wat er met mij gebeurde: dat moment waarop duidelijk wordt dat er een verbinding is tussen het personage, de actrice en jou en dat je niet zonder haar verbeelding kunt. Dat ze je raakt. In je hart.

Geplaatst in Den Haag, Theater | Tags: , , , | Een reactie plaatsen

CD-presentatie project Maarten Witkam ‘Reiziger’

Gisteravond was het dan zover: een project waar ruim een jaar aan is gewerkt, werd gepresenteerd. Het is het eerste soloproject van Maarten Witkam die hiervoor een aantal CD’s heeft gemaakt met de groep Dempsey. Na een langdurige samenwerking werd een afscheidsconcert gegeven met de laatste CD van de groep: Spijt.

De CD die gisteravond gepresenteerd werd, bestaat uit 13 op muziek gezette gedichten uit uiteenlopende richtingen en tijden. Zo zong ik bijvoorbeeld een gedicht van Christine de Pisan, geschreven in 1393. Maar ook het gedicht van Ana Achmatova uit 1913, dat ik met Maarten en Kento Nomura speelde tijdens de Poëziemanifestatie in mei 2013.

Op het podium van het buurthuis in de Kooi aan de Driftstraat (Leiden Noord) was het een drukte van belang, want de gedichten werden in wisselende samenstellingen gespeeld en en werd uitgebreid met muzikanten die niet op de CD staan. Ook Maartens gezin deed een duit in het zakje, met als bijzondere vermelding dat we zonder zijn zoon Herman de CD nooit hadden kunnen maken. Alle muzikanten die meespelen op de CD zijn een of meerdere keren naar zijn studio geweest voor opnames.

De techniek had de handen vol aan het afstellen van zang- en instrumenten microfoons om iedereen goed uit de verf te laten komen. Instrumenten variërend van gitaren, blokfluit tot sopraansax, percussie en drums, piano, accordeons, hobo, Doedoek en de Gijek, een Oeigoerse viool. Voor de pauze speelden we alle nummers van de CD en na de pauze nummers die sinds de opnames ontstaan zijn en die stof voor een volgende CD vormen.

Ondanks het feit dat het vooral het project van Maarten Witkam is, die echt prachtige muziek componeert op een zodanige wijze dat de gedichten volledig tot hun recht komen en waarin de sfeer van een gedicht wordt uitgedrukt met muziekinstrumenten en toonladders uit verschillende windstreken, ben ik ook persoonlijk heel blij met het project. Het maken van een CD en het vastleggen voor het nageslacht van mijn stem is altijd een droom van me geweest en nu, met dit project, staat mijn stem op CD: twee van de dertien gedichten zing ik solo en bij nog eens twee hoor je mijn stem op de achtergrond.

De CD Reiziger is te koop voor slechts 10 euro. Bestellen kan bij muziekcentrum_leidennoord@kpnmail.nl
Foto’s volgen nog!

Geplaatst in Leiden, Muziek | Tags: , , | 1 reactie

Weg van de alledaagse hectiek: Oh die Zee

Oh die Zee

Oh die Zee

Oh die Zee is een productie met fragmenten uit de radioserie Odysseia, gebaseerd op de Odyssee van de Griekse dichter Homeros. In de audiowandeling langs het strand en door de duinen van het Zuiderstrand van Scheveningen hoor je drie verhalen uit de Odyssee die met de zee te maken hebben.

Je begint bij strandtent La Cantina. Daar krijg je een MP3-speler mee en een routebeschrijving voor de drie locaties die je onderweg tegenkomt en waar je steeds een van de verhalen kunt beluisteren. Je loopt over het strand en afhankelijk van de weersomstandigheden gaat dat al dan niet gemakkelijk. Een beetje worstelen met de weergoden hoort wel bij de Odyssee natuurlijk, dus of het nu regent of stormt of dat de zon fel schijnt, de verhalen tekenen een sfeer die past bij de omstandigheden.

Heel toevallig was ik er twee keer op erg warme dagen. Vooral het ploeteren door rul zand van zowel duin als strand, gaf de verhalen extra cachet. Het beetje schaduw op locatie 1 (bovenop een zeecontainer, met uitzicht op zee) zorgde voor enige verkoeling en ik luisterde naar de waarschuwingen van Kirke, de stralende van de godinnen, om vooral de Sirenen te weerstaan, de was in de oren van de bemanning en het gezang van de wezens waar de meeste zeelui door behekst raakten. Over Skylla, het moordlustige en veelkoppige monster en over de slurpende Charybdis en de mooie Kalypso. Voor het tweede verhaal liep ik langs het Zuiderstrandtheater en de voormalige radiotoren een volstrekt verlaten duinpad op. Geen mens kwam ik er tegen, alleen ongerepte en beschermde natuur. Strakblauwe lucht, heet zand aan mijn voeten en geen greintje schaduw brachten me vervolgens naar de tweede locatie: reusachtige schommels hoog op een duin, lichtjes wiegend op een zacht briesje. Daarbij werd een geluid geproduceerd waardoor ik me op een heus schip waande. Ik gluurde (vanwege het helse licht van de zon met halfdichte ogen) naar de zee en hoorde de storm woeden terwijl Odysseus bij Kalypso vandaan thuis trachtte te komen. Terug het duin af, langs een verhard pad naar het strand om via de branding met mijn voeten in het koude water te lopen naar de derde locatie: uit de verte leek het een schip met grote zeilen, dichterbij bleek het een ‘scheepswrak’ en waren de zeilen hangmatten. Het derde verhaal van de thuiskomst van de held Odysseus en de nevels waarin zijn land verborgen lag, beluisterde ik liggend, de zijkant van de hangmat iets omhoog tegen de felle zon, starend naar de zee, zo blauw en ver. De stem van acteur Ton Lutz en de prachtige muziek die de verhalen begeleidde en de wandeling naar de verschillende locaties hadden me bijna twee uur uit het hectische leven van alledag getild.
Oh die Zee kun je vandaag nog starten tot 18.00 uur en daarna alleen nog deze zaterdag 29 en zondag 30 augustus tussen 10.00 en 18.00 uur.

Oh die Zee is een productie van Stichting Zeeproducties en artistiek leider/regisseur Ingrid van Frankenhuyzen. Zie http://www.ohdiezee.nl

De zeecontainer

De zeecontainer

De schommels

De schommels

De schommels zijn ontworpen door Pink Steenvoorden

Het scheepswrak

Het scheepswrak

Geplaatst in Den Haag, Muziek, Theater | Tags: , , | 2 reacties